Lief natuurdagboek, Op 15 november heb ik eindelijk een soort gefotografeerd die hoog op mijn lijstje stond. Het begon allemaal toen medeauteur en fotograaf Ruben van Laar mij jaloers maakte met zijn mooie beelden. Met deze beelden schreef hij al een leuk verhaaltje met de titel ‘Hoe langer, hoe banger’. Mocht je dit verhaal al hebben gelezen weet je meteen over welke soort ik het heb! Mijn verhaaltje gaat over mijn zoektocht naar de ransuil.

Uilen zijn vogels die ik graag tegenkom, omdat het echt prachtige vogels om te zien. Daarom wil ik graag alle inheemse uilen op de foto krijgen. Naast de ransuil heb ik ook de steenuil, velduil en de oehoe op de foto staan. De bosuil en de Kerkuil zijn soorten die ik graag nog wil fotograferen. De kerkuil neem ik geregeld waar, net als de kleine steenuiltjes, door mijn vrijwilligerswerk bij de uilenwerkgroep. Het is me daarentegen nog niet gelukt om de kerkuil op de foto te krijgen.

In eerste instantie kreeg ik een tip over een ransuil in de het Diessens broek, een klein natuurgebied bij mij om de hoek. Ik ga daar geregeld een stukje wandelen om te kijken of ik de ransuil kan vinden. Helaas heb ik in dit gebied nog geen ransuil gezien. Af en toe kijk ik ook wel eens op waarneming.nl of de uil door iemand anders is gezien. Tot mijn verbazing is deze vogel een aantal keer waargenomen in het Diessens broek. 

Via waarnemingen.nl had ik uiteindelijk een locatie gevonden ergens bij ‘Nationaal Park De Loonse en Drunense Duinen’. Op deze locaties was een roestplek (rustplek voor vogels) van wel elf uilen gemeld. Ik besloot daarom om vroeg uit de veren te gaan en te zoeken naar de uilen. Ik ging dit keer niet alleen op pad want mijn vader wilde graag mee om de uilen te zien.

We kamen vijftien minuten vóór zonsopkomst aan en zagen al een aantal auto’s staan. Dit voorspelden dat het een drukke dag ging worden qua recreanten. Mijn kansen had ik daarom niet al te hoog ingeschat. Na een kleine tien minuten kwamen we aan op de locatie van de roestplaats. Het was een klein stukje bos langs een druk bezocht wandelpad en ik dacht bij mezelf hier kunnen toch geen uilen zitten!

In de bomen hangen allemaal van die grote dennenappels, opeens zag ik een dennenappel met pluimpjes. Dit was natuurlijk geen dennenappel maar een ransuil! Toen ik er eentje had gezien, zag ik de ene na de andere. Met de camera in de aanslag kon ik voldoende plaatjes schieten. Met mijn grote telelens trok ik al snel de aandacht van andere fotografen, op een gegeven moment stonden ongeveer vijf á tien mensen foto’s te maken van de uilen die in de boomtoppen zaten. De vele uilen, ongeveer twaalf, leken weinig last te hebben van onze aanwezigheid. Ze bleven ongestoord zitten en verder rusten.

Als ik niet wist dat hier ransuilen zaten, had ik ze waarschijnlijk ook niet gevonden. Deze dieren zijn echt heel goed gecamoufleerd. Met veel geluk zie je ze zitten tussen de takken. Sommige wandelaars vroegen zich af wat we aan het fotograferen waren, waarop ik vertelde dat hier een roestplek is van ransuilen. Sommige recreanten kwamen bijna dagelijks op deze locatie en hadden nog nooit de aanwezigheid van de uilen gemerkt. Dan zie je pas hoe goed de camouflage van deze bijzondere vogels werkt!

Geschreven door: Bastiaan van Gemert

Bastiaan van Gemert is een enthousiaste jongen die van kinds af aan al natuurfotograaf wilde worden. Hij vindt het daarom ook erg leuk om zijn verhalen en foto’s met iedereen te delen. Met zijn beelden en verhalen wil hij laten zien hoe bijzonder en mooi de natuur is. 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *